Als je net begint met het afstuderen raad ik je aan deze Blog ter harte te nemen. Als je aan het einde van je scriptie bent zal je vooral de inhoud van dit Blog herkennen en mocht je nog tijd hebben, bel mij dan vooral voor de afronding van je scriptie!
Aan het eind van iedere Scriptie wordt de Hoofdvraag beantwoord. Al die maanden bezig en uiteindelijk een paar regels met het antwoord?
Jazeker! Het goed formuleren van het antwoord op basis van je onderzoek dwingt je vanuit een hoger abstractie niveau naar het hele onderzoek te kijken. Je neemt als het ware afstand en vat al die noeste arbeid samen op een Delfts Blauw tegeltje. Gezegdes en spreuken hebben een wijze kern en voor het beantwoorden van de hoofdvraag geldt hetzelfde! Dit is het moment om de kernwaarde van je scriptie te laten zien.
Er is wel een hele grote valkuil. Immers de beantwoording vindt helemaal aan het eind van de Scriptie plaats, vlak voor een harde deadline. Ga dan nog maar eens wijze dingen zeggen!
Dat geldt overigens niet alleen voor de beantwoording van de hoofdvraag maar in het algemeen voor de afrondingsfase van de scriptie. Onder hoge druk presteren mensen weliswaar goed, maar voorkomen is beter dan genezen! De waarde van jouw onderzoek blijkt immers juist uit het laatste deel van je scriptie. En laat dat nou precies het moment zijn wanneer je haast hebt, wanneer je supermoe bent en wanneer je eigenlijk helemaal klaar bent met ‘dat ding’.
Hieronder volgens enkele tips:
1. De opzet van het onderzoek en de Hoofdvraag richt je al op het eind. Je begint dus altijd met HET DOEL. Wat lever je uiteindelijk op?
2. De activiteiten die je moet ondernemen om het doel te bereiken staan in een onderzoeksmodel.
3. Hier moet een Planning aan gekoppeld worden die consequent gevolgd wordt door de afstudeerder en de begeleiding.
4. De gouden regel is: 2 weken voor inleverdatum is de scriptie helemaal klaar.
5. Vertel dan iemand wat er werkelijk uit je onderzoek is gekomen. Doe dit uit je hoofd en maak daarbij aantekeningen.
6. Herhaal de Hoofdvraag: bijvoorbeeld: ’wat is beter voor de efficiency in de gezondheidzorg?’ en geef daarna ‘gewoon’ het antwoord: ‘voorkomen is beter voor de efficiency dan genezen’.